Myles O’Meally: “Mijn reis is niet bij schoenen begonnen, en zal daar ook niet eindigen”
Myles O’Meally hoorde bij de top 25 jonge tennissers in Engeland. Toch bewandelde hij een compleet ander pad. Hij werd een van de jongste schoenontwerpers bij Nike en is inmiddels een veelgevraagde pionier in de wereld van de high-end sneakers. Met zijn studio Areté Create in Amsterdam trok hij al de aandacht van topontwerpers als Raf Simons. En dat lijkt pas het begin.
Iedereen droomt, maar slechts sommigen maken er werk van. Zo is Porsche bijvoorbeeld ontstaan uit de vastberaden zoektocht naar de ultieme sportwagen. Op Discovered gaan we op zoek naar de nieuwe generatie dromers en brengen de unieke verhalen over hun drive en daadkracht.
Je had aan de top van de tenniswereld kunnen staan, maar je koos voor iets anders. Waarom?
Ik vond het reizen en de competitie in de topsportwereld geweldig. Maar continu op topniveau presteren vroeg veel van me, zonder een duidelijk toekomstperspectief. Ik besloot mijn passie voor technologie en design te volgen.
Je volgde de studie Sport Technology en daarna een master in Engineering Design. Kwam die passie daar direct tot uiting?
Jazeker! Met behulp van 3D-scans en 3D-prints ontwierp ik op maat gemaakte scheenbeschermers voor voetballers. Dit was best innovatief voor die tijd en trok toen al de aandacht van sportmerk Umbro.
"Ik wil met onze visie op productdesign een boodschap afgeven aan de complete designindustrie"
Een veelbelovende start. Hoe ben je uiteindelijk bij Nike terecht gekomen?
Ik had nog nooit in mijn leven een schoen ontworpen toen ik de vacature bij Nike zag, en ze vroegen specifiek om iemand met 3 jaar ervaring. Mijn docent drukte me op het hart om toch te solliciteren. Wat had ik te verliezen? Dankzij zijn aanmoediging heb ik het gedaan, en tot mijn verbazing kreeg ik direct na mijn afstuderen de baan als een van de jongste ontwerpers bij Nike.
Waarom denk je dat je die kans hebt gekregen?
De manager die me aannam, had zelf op 21-jarige leeftijd eenzelfde buitenkans gekregen en wilde dat ook kunnen betekenen voor een ander jong talent. Blijkbaar was ik die persoon. Het was echt een gelukstreffer.
Bij Nike werd je na 2 jaar overgeplaatst naar Vietnam. Ook een gelukstreffer?
De overplaatsing naar Vietnam was een eer voor iemand die nog maar zo kort bij Nike werkte, hoewel het geen gemakkelijke keuze was. Ik woonde net 2 jaar in Amsterdam en hield van die stad. Toch heb ik in Vietnam ontzettend veel geleerd. Dag in dag uit werkte ik in de fabriek om prototypes te testen.
Denk je dat daar jouw talent het beste tot zijn recht kwam?
Ja, dat denk ik wel. Mijn passie lag bij de techniek, het industriële ontwerp en de functionele prestaties van een product. In Vietnam zat ik dicht op deze drie fases en kon ik mijn kennis van de volledige supply chain uitbreiden. In die periode heb ik ook 3 schoenen ontwikkeld voor Nike met Off-White van Virgil Abloh. Die prestigieuze samenwerking betekende een grote doorbraak in de sportschoenen wereld.
Wat dreef je om in 2019 je eigen design- en engineer studio Areté op te richten?
Het creatieproces van schoenen is technisch, complex en gesloten. De middelen liggen vaak in handen van de grote bedrijven. Het viel me op dat grote modemerken alleen sneakers uitbrachten in samenwerking met gevestigde sportmerken. Met alle kennis en ervaring die ik in de afgelopen jaren had opgebouwd, wist ik dat ik de brug kon slaan tussen design en productie op zo’n hoog niveau. Met die visie ben ik Areté gestart.
Raf Simons, creatief directeur van bijvoorbeeld Prada en Dior, was je eerste klant. Hoe heb je dat voor elkaar gekregen?
Mijn tenniscarrière draaide om continu presteren, optimaliseren en veerkrachtig kunnen omgaan met tegenslag. Deze houding is waardevol in het ondernemerschap en heeft me ver gebracht. De specifieke expertise van onze studio heeft denk ik de doorslag gegeven. Wij zijn een van de eerste studio’s met vergaande technische kennis, die ook de verbinding kan maken met spraakmakende merken en trendsetters: de cultuur die de industrie drijft.
Ontwerpen met purpose is voor jou een belangrijke waarde. Toch werk je in één van de meest vervuilende industrieën. Hoe rijm je dat?
Het blijft een zoektocht, maar wel één die ik de moeite waard vind. Er zijn fabrieken die 500.000 schoenen per week produceren. Daarnaast worden er jaarlijks heel veel schoenen weggegooid en wordt er gewerkt met materialen die moeilijk te recyclen zijn. Gelukkig zie je steeds vaker geupcyclede en gerecyclede materialen. Maar ik denk dat het nóg beter kan. Het is één van de redenen waarom we in 2023 Future Scope als tak binnen Areté hebben opgericht. Een soort speelplaats waar we aan duurzame research- en innovatieprojecten werken die vrij zijn van commerciële belangen.
Waar zie je Areté over een paar jaar?
Mijn reis is niet bij schoenen begonnen, en zal daar ook niet eindigen. De brug die we slaan tussen ontwerp, techniek, productie en cultuur kunnen we ook inzetten buiten de schoenenwereld. Op dit moment maken we bijvoorbeeld winkelinstallaties voor Hans Boodt Mannequins en ontwerpen we accessoires, kleding en het merkdesign voor de collab van Skepta (Britse artiest en MC, red.).
Als er geen commercieel belang zou zijn, wat zou je dan echt nog willen doen met Areté?
Dan zou ik Future Scope nog verder willen uitbreiden en echt duurzame impact maken met onze innovaties. Het lijkt me fantastisch om zero waste footwear te gaan maken en dit schaalbaar te maken. Ik wil met onze visie op productdesign een boodschap afgeven aan de complete designindustrie. Aan iedereen laten zien wat voor moois er kan ontstaan als purpose op één staat.