Lex Pott zoekt naar de essentie van materialen
‘De appel valt niet ver van de boom’ snijdt in het geval van Lex Pott zeker hout. Met een schilder als vader en een beeldend kunstenaar als moeder, koos ook hij na zijn middelbare school carrière voor het kunstenaarspad. Hij beschrijft zichzelf als materialenfreak en met projecten als True Colors en zijn iconische Twist-kaarsen probeert hij tot de kern van een materiaal te komen. ‘Het is de kunst van het weglaten. Het reduceren tot de essentie’.
Iedereen droomt, maar slechts sommigen maken er werk van. Zo is Porsche bijvoorbeeld ontstaan uit de vastberaden zoektocht naar de ultieme sportwagen. Op Discovered gaan we op zoek naar de nieuwe generatie dromers en brengen de unieke verhalen over hun drive en daadkracht.
Je werkt de afgelopen tijd veel met zachte materialen als zeep en kaarsvet. Vanwaar deze fascinatie?
Het is een beetje per toeval ontstaan. Ik ben een keer door een bedrijf gevraagd om over kaarsen na te denken. Normaal gesproken maak ik dan een prototype of model dat bestaat uit schuim of 3D-print. Maar kaarsvet is een heel zacht materiaal. Toen dacht ik: ‘fuck it, ik loop gewoon naar de winkel en koop een paar kaarsen.’ Ze zijn natuurlijk in eindeloos veel kleuren verkrijgbaar, wat fijn is, omdat ik ontzettend veel met kleur werk. Het bleek het perfecte medium.
Ik ben toen mijn werkplaats ingedoken en aan de slag gegaan. Er is een techniek waarmee je tafelpoten maakt, waarbij je een houten balk op een draaibank zet en met een schaaf een soort silhouet draait. Dezelfde techniek heb ik toegepast op de kaars. Het werkte perfect. Het was als met een mes door de boter snijden. Het was heerlijk. Het was zo’n leuke ontdekking en het leverde zoveel op. Ik eindigde met een experimenteel modelletje dat ik uiteindelijk niet gedeeld heb met het kaarsenmerk, maar lekker voor mezelf heb gehouden.
Je geeft alledaagse items als kaarsen en zeep een nieuwe dimensie. Je laat zien dat deze gebruiksvoorwerpen ook in andere vormen verpakt kunnen worden, die spannender zijn om naar te kijken. Welk punt probeer je hiermee te maken?
Het is de kunst van het weglaten, het reduceren tot de essentie. Het lijkt allemaal heel simpel, maar het kost vaak maanden om tot zoiets eenvoudigs te komen. Met de Twist-kaars was het heel erg zoeken naar functionaliteit, de perfecte vorm en tegelijkertijd een soort speelsheid. Er zijn echt honderden schetsen en studies aan vooraf gegaan. Bij de traditionele kaars viel het me op dat je maar een kant hebt die je aansteekt. Als je hem horizontaal houdt, heb je twee uiteinden. Je zou er in theorie twee kaarsen van kunnen maken. In het ontwerp ben ik gaan zoeken hoe ik een lange kaars kon voorzien van een basis die stabiel is. Een S is de kortste vorm om een stabiele basis mee te maken.
Als je drie punten uit je leven zou moeten noemen die jou hebben gevormd tot de kunstenaar die je vandaag de dag bent, welke zouden dat dan zijn?
True Colors
True Colors is een bepalend project geweest in mijn carrière. Het was mijn eerste project na mijn afstuderen, wat het heel erg spannend maakte. Op school word je begeleid, krijg je opdrachten en geven ze je richting. Maar als je eenmaal afgestudeerd bent, dan moet je zelf iets verzinnen. Ik heb onderzoek gedaan naar de relaties tussen materiaal en kleur, die ik heb gevonden in oxidatie. Koper wordt groen, staal wordt bruin en aluminium wordt wit. Ik heb toen geëxperimenteerd met metaalpanelen. Het project genereerde enorm veel aandacht. Zelfs zoveel, dat ik uiteindelijk panelen maakte voor verschillende galeries, een Deens label en zelfs een project met oxiderende auto’s. Het was een soort ‘eye-opener’. Het heeft me geleerd dat als je ergens in gelooft, je er gewoon aan moet beginnen. Misschien is het niks, maar als je het laat liggen, blijft het altijd aan je knagen.
Galeriewereld
Na mijn afstuderen heb ik in de galeriewereld gewerkt. Het was erg leuk, maar men denkt er te moeilijk en alles is veel te duur. Ik heb mezelf toen een beperking gesteld: ik wil iets betaalbaars maken wat bij een label past. Ik heb toen hele simpele metalen plankjes ontworpen, die ik bij een producent heb laten lasersnijden. De verhoudingen waren precies zodat er geen restafval was. Ik heb ze in Milaan op de meubelbeurs Salone del Mobile gepresenteerd. Een van de eerste personen die langsliep, werkte voor HAY, een Deens designmerk. Zij wilden het in productie nemen. Als je afwijkt van je huidige creatieve pad, met een idee dat klopt, dan is het alleen kwestie van tijd voordat anderen je idee willen oppakken en produceren.
De kaarsenman
De derde mijlpaal zijn de kaarsen in alle vormen en maten. Ik sta inmiddels toch wel bekend als de kaarsenman. Fair enough. Kaarsen waren nog nooit zo sexy. Ik ga veel vrijer en experimenteler om met kaarsen dan enkel de keuze tussen geurkaars of rustieke kaars. Toch heb ik het uiteindelijk best wel onderschat. Ik wilde gewoon een leuke kaars maken, die ik zelf op tafel zou zetten. Dat is ook een van mijn ontwerpprincipes; als ik het zelf niet in mijn huis wil, moet ik het niet maken.
Wat is jouw eerste herinnering aan het kunstenaarschap?
Dat heeft meer met de kunstenaarsmentaliteit te maken dan met een specifiek moment. Ik was op jonge leeftijd al creatief bezig. Ik knutselde met papiertjes, satéstokjes of elastiekjes. Het werd thuis aangemoedigd. Mijn vader was schilder en mijn moeder beeldend kunstenaar. Zij namen me altijd mee naar tentoonstellingen en exposities. Dat het leven als kunstenaar niet altijd rooskleurig is, merkte ik al snel. Ik weet door mijn ouders hoe moeilijk het is om van je werk rond te kunnen komen zonder een bijbaantje. Toch heb ik altijd heel veel bewondering gehad voor het vak.
Op de middelbare school werden mijn ogen geopend. Ik had er een puinhoop van gemaakt. Voor bijna alle vakken haalde ik tweeën en drieën. Ik was totaal niet gemotiveerd. Maar tijdens mijn afstudeerproject voor handvaardigheid ging ik helemaal ervoor. Ik maakte drie fantastische stoelen waarvoor ik een tien kreeg. Ik werd eindelijk gezien door mensen om me heen; om iets wat ik gemaakt had. Iemand vertelde me over de Design Academy in Eindhoven. Toen ben ik daar een kijkje gaan nemen en ik dacht: ‘Ik weet niet wat ze hier doen, maar ik vind het geweldig.’ Alle projecten waren zo enorm verschillend. Het was een soort studiespeeltuin.
Je hebt een enorm divers ontwerp-portfolio. Vanwaar deze brede interesse?
Ik vind het fantastisch om iedere keer weer een nieuwe wereld te betreden. Ik ontwerp iets, zet het op de markt en maak gelijk weer ruimte voor iets nieuws. Ik maak het liefst één prototype, waarvan ik de productie een paar keer herhaal om te laten zien dat het echt werkt. Vervolgens moet iemand anders het productieproces optimaliseren en vermarkten. Mijn werk is niet gebonden aan een specifiek product. Het geeft me de vrijheid om te werken voor een enorm divers klantportfolio.
Wat beweegt jou als creative?
Mijn grootste motivatie is het maakproces van producten. Ik analyseer de keten. Ik probeer hierbij tot de essentie van een materiaal te komen en zoek naar manieren om het anders te gebruiken. Kaarsvet heeft doorgaans twee staten: vloeibaar of vast. Daartussen vind je een staat waarin kaarsvet een klei-achtige substantie wordt. Als je dat moment als uitgangspunt neemt, kom je tot iets nieuws waar je als ontwerper iets mee kan. Mijn passie voor materiaalexperimenten sluit hier op aan. Ik ben een materialenfreak. Ik moet altijd eerst een materiaal door mijn handen laten gaan voordat ik ermee aan de slag ga. Ik wil bewijs hebben dat het kan; een prototype uit mijn eigen handen. Je kan met een tof ontwerp komen, maar geen idee hebben hoe je het productieproces moet vormgeven. Dat is een van de redenen waarom labels met mij samenwerken. Ik snap hoe dingen gemaakt worden.
Aan welke projecten werk je momenteel?
Er zit heel veel in de pijplijn. Dingen die ik een jaar geleden heb ontworpen, komen volgend jaar eindelijk op de markt. Op dit moment ontwerp ik voordeuren en sociale huurwoningen voor de Amsterdamse woningcorporatie Ymere. Het is iets totaal anders dan mijn andere werk. Ook werk ik aan een serie kandelaars en ontwerp ik nieuwe eetkamerstoelen voor een Nederlands designlabel. Uiteraard ontwerp ik ook nieuwe kaarsen, wat een beetje de ‘core business’ blijft. Ik ben ook weer aan het werk voor de galeriewereld, waarbij ik een aantal van mijn ideetjes wil testen. Een deel van mijn vrije tijd probeer ik nog te besteden aan vrij werk.
Wat zijn je ambities voor de toekomst?
Er zijn twee producten die ik echt nog wil maken. Een daarvan is een auto en de ander een sneaker. Allebei gereduceerd tot de essentie. Ik droom van een huis op het platteland van Frankrijk, ver van de bewoonde wereld, waar ik de helft van het jaar kan werken en studeren. Een plek waar ik twintig nieuwe ideeën kan bedenken die ik vervolgens in de andere helft van het jaar vanuit mijn studio in Nederland op de markt kan brengen. Ik wil zo onafhankelijk mogelijk worden. Zoveel mogelijk vrij werk maken; een gebrek aan kaders. Zo min mogelijk briefings. Hoe opener de vraag, hoe beter het resultaat.